Astaat is zo zeldzaam dat niet bekend is hoe het eruitziet, daarnaast zouden hoeveelheden die groot genoeg zijn om met het blote oog waar te nemen meteen verdampen door de intense radioactiviteit.
Astaat komt van nature nauwelijks op aarde voor, de totale hoeveelheid in de aardkorst op enig moment bedraagt nog geen 30 gram. Astaat ontstaat heel even als vervalproduct in uranium- en thoriumertsen in sommige vervalketens. Deze isotopen vervallen echter zelf binnen enkele seconden weer tot andere elementen.
Van astaat zijn geen reguliere industriële toepassingen bekend. Wel is de isotoop astaat-211 in principe bruikbaar voor radiotherapeutische behandeling van kanker.